Verschil tussen Transistor en Thyristor
Transistor vs Thyristor
Zowel transistor als thyristor zijn halfgeleiderinrichtingen met afwisselende P-type en N-type halfgeleiderlagen. Ze worden gebruikt in veel schakelapplicaties door vele redenen zoals efficiëntie, lage kosten en kleine afmetingen. Beide zijn drie terminalapparaten en bieden een goed besturingsbereik van stroom met een kleine besturingsstroom. Beide deze apparaten hebben applicatieafhankelijke voordelen.
Transistor
Transistor is gemaakt van drie alternerende halfgeleiderlagen (P-N-P of N-P-N). Dit vormt twee PN-kruisingen (een kruising die wordt gemaakt door een P-type halfgeleider en een N-type halfgeleider te verbinden) en daarom wordt een uniek type gedrag waargenomen. Drie elektroden zijn verbonden met drie halfgeleiderlagen en de middelste terminal heet 'basis'. Andere twee lagen staan bekend als 'emitter' en 'collector'.
In transistor wordt de grote collector naar emitter (Ic) stroom gecontroleerd door de kleine basis emitterstroom (IB) en deze eigenschap wordt geëxploiteerd naar ontwerpversterkers of switches. Bij schakelapplicaties fungeren de drie lagen halfgeleiders als een geleider wanneer de basisstroom wordt voorzien.
Thyristor
Thyristor is gemaakt van vier alternerende halfgeleiderlagen (in de vorm van P-N-P-N) en bestaat dus uit drie PN-verbindingen. In analyse wordt dit beschouwd als een stevig gekoppeld paar transistors (één PNP en andere in NPN configuratie). De buitenste P en N type halfgeleiderlagen worden respectievelijk anode en kathode genoemd. Elektrode verbonden met innerlijke P-type halfgeleiderlaag staat bekend als de 'poort'.
In werking treedt de thyristor uit wanneer een puls aan de poort wordt toegevoerd. Het heeft drie manieren van werking, bekend als 'reverse blocking mode', 'forward blocking mode' en 'forward conducting mode'. Zodra de poort met de puls wordt geactiveerd, gaat de thyristor naar de 'forward conducting mode' en blijft het uitvoeren totdat de voorwaartse stroom minder wordt dan de drempel 'holding current'.
Thyristoren zijn krachtapparaten en meestal worden ze gebruikt in toepassingen waarbij hoge stromingen en spanningen betrokken zijn. De meest gebruikte thyristor toepassing is het beheren van alternerende stromingen.
Verschil tussen transistor en thyristor 1. Transistor heeft slechts drie lagen halfgeleider waar de thyristor vier lagen heeft. 2. Drie terminals van de transistor staan bekend als emitter, collector en basis waar de thyristor terminals heeft die bekend staan als anode, kathode en poort 3. Thyristor wordt beschouwd als een stevig paar paar transistoren in analyse. 4. Thyristoren kunnen werken bij hogere spanningen en stromen dan transistors. 5.Power handling is beter voor thyristoren, omdat hun ratings worden gegeven in kilo watt en de transistor vermogensbereik is in watt. 6. Thyristor vereist alleen een puls om de modus te veranderen om te leiden waar de transistor een continue toevoer van de besturingsstroom nodig heeft. 7. Intern stroomverlies in transistor is hoger dan die van de thyristor. |