Verschil tussen bijvoeglijk naamwoord en abstracte naamwoord
Bijvoeglijk naamwoord vs Abstract Noun
Bijvoeglijk naamwoord en abstract zelfstandig naamwoord zijn twee termen die in de Engelse grammatica worden gebruikt die verschillen tussen hen en zij tonen moet niet als één en hetzelfde worden beschouwd. Er zijn acht delen van de spraak in het Engels grammatica en bijvoeglijk naamwoord is een van hen. Het beschrijft de kwaliteit van het zelfstandige naamwoord. Met andere woorden, het kan worden gezegd dat een bijvoeglijk naamwoord het zelfstandige naamwoord beschrijft dat het kwalificeert. Dit is de primaire plicht van een bijvoeglijk naamwoord.
Aan de andere kant is een abstract zelfstandig naamwoord een die abstract in uiterlijk ziet en toch wordt het als zelfstandig naamwoord gebruikt. Met andere woorden, het kan worden gezegd dat abstracte zelfstandige naamwoorden zijn zelfstandig naamwoordvormen die abstract uitzien. Dit is het belangrijkste verschil tussen de twee woorden. Let op de twee zinnen, 1. Francis is een aardig persoon.
2. Angela accepteert de rode roos.
In beide zinnen ziet u dat de woorden 'mooi' en 'rood' worden gebruikt als bijvoeglijke naamwoorden. Met andere woorden, ze zijn gebruikt om de kwaliteit van de twee zelfstandig naamwoorden te beschrijven, namelijk 'persoon' en 'roos' respectievelijk. Kort gezegd kan worden gezegd dat het woord 'mooi' de kwaliteit van de persoon beschrijft en het woord 'rood' beschrijft de kwaliteit van de roos. Dit is een belangrijke opmerking om in de studie van bijvoeglijke naamwoorden te maken.
Aan de andere kant is een abstract zelfstandig naamwoord die gebruikt wordt als zelfstandig naamwoord en het is gevormd uit een werkwoord als bij veel andere reguliere zelfstandige naamwoorden. Het is belangrijk om te weten dat zelfstandige naamwoorden in het algemeen uit werkwoorden worden gevormd. Bijvoorbeeld, het zelfstandig naamwoord 'rennen' is een abstract zelfstandig naamwoord. Het is abstract in zijn vorm. Hoewel het woord 'rennen' de huidige continue vorm van het werkwoord 'rennen' is, wordt het ook beschouwd als een abstract zelfstandig naamwoord zoals in de zin 'Zijn rennen was goed'. In deze zin wordt het woord 'running' gebruikt als abstracte zelfstandige naamwoord.