Verschil tussen eczeem en atopische dermatitis Verschil tussen
Eczeem is een vorm van dermatitis waarbij er een ontsteking is op de opperhuid (buitenste laag) van de huid. De aandoening wordt gekenmerkt door jeukende, erythemateuze en korstvormende plekken op het huidoppervlak. Over het algemeen wordt een chromische dermatitis aangeduid als eczeem. De basis van eczeem is toegeschreven aan een disfunctie van het immuunsysteem. De gebruikelijke symptomen van eczeem zijn onder meer zwelling van de huid, jeuk, droogheid, blaarvorming en barsten van de opperhuid van de huid. Eczeem kan worden ingedeeld op basis van locatie, morfologie of etiologie. Eczeem kan bijvoorbeeld in handen voorkomen, kan discoid van vorm zijn of een mogelijke oorzaak hebben, zoals varicose-eczeem. Eczeem kan allergisch of niet allergisch van aard zijn. Op basis hiervan heeft de Europese Academie voor Allergologie en Klinische Immunologie allergische eczeem geclassificeerd in atopische en allergische contacteczeem.
Eczeem kan aanwezig zijn in verschillende vormen van dermatitis. Bij Xerotisch eczeem wordt de huid zo droog dat deze wordt neergekraakt en een eczeem van ernstige aard vertegenwoordigt. Deze vorm wordt veroorzaakt door koud weer en komt voor bij oudere mensen. Dyshidrosis of huisvrouw eczeem komt voornamelijk voor op palmen, zolen als kleine hobbels of vesicles en treedt op bij warm weer. Discoïde eczeem heeft een microbiële basis en wordt gekenmerkt door ronde vlekken van slijk die vaak in de onderbenen worden aangetroffen. Veneus eczeem of statische dermatitis treedt op bij personen met een gecirculeerde bloedsomloop bij aandoeningen zoals spataderen of diepe veneuze trombose. Auto-eczeem treedt op als er een allergische reactie is op een infectie met parasieten, schimmels, bacteriën of virussen. De ziekte is geneesbaar en de ontsteking vindt plaats op een locatie die ver van de infectieplaats ligt. Eczeem herpeticum vertegenwoordigt eczeem dat optreedt als gevolg van virussen en eczeem van een onderliggende ziekte zoals lymfoom kan ook voorkomen.
Atopische dermatitis is een type allergisch eczeem dat wordt toegeschreven aan erfelijke verschijnselen. Deze vorm van dermatitis komt vaak tot uiting in personen wier familieleden lijden aan astma. De symptomen van atopische dermatitis omvatten jeukende uitslag, met name op het hoofd, de hoofdhuid, de binnenkant van de ellebogen, achter de knieën en de billen. Deze vorm van dermatitis komt veel voor in ontwikkelde landen en is in opkomst. Vandaar dat atopische dermatitis een subklasse van eczeem is, maar alle eczeem is geen vorm van atopische dermatitis.
De basis van eczeem of atopische dermatitis kan een ecologische of genetische basis hebben. De hygiënische hypothese speculeert dat eczeem zich ontwikkelt vanaf blootstelling aan ongewoon schone omgevingen, vanaf de geboorte. Deze reinheid kan een ongeschikte immuunrespons vanaf de geboorte inleiden die leidt tot een verhoogde kans op eczeem. Verschillende genen zoals filaggrine, OVOL1, ACTL9 en IL4-KIF3A zijn in verband gebracht met een verhoogde kans op eczeem.
Het beheer van eczeem wordt hoofdzakelijk gedaan door het aanbrengen van vochtinbrengende middelen om de droogheid van de huid te voorkomen en de brosheid te verminderen. Corticosteroïden worden ook aanbevolen bij het onderdrukken van de symptomen van eczeem bij opflakkering. Immunosuppressiva zoals tacrolimus en pimecrolimus hebben bemoedigende resultaten laten zien, in plaats van steroïden, specifiek op kenmerken zoals tolerantieprofiel voor het beheer van eczeem. Een korte vergelijking van eczeem en atopische dermatitis wordt hieronder weergegeven: