Vergelijking tussen Seborrhoea en eczeem Verschil tussen
Seborrhoea en eczeem zijn beide inflammatoire aandoeningen van de huid. Seborrhoea wordt gekenmerkt door roodheid, laesies en jeuk van de huid. Seborrhoea beïnvloedt voornamelijk de huid van het gezicht, de hoofdhuid en andere delen van het lichaam, zoals het schaambeen en de lies. De belangrijkste symptomen van seborroe zijn jeuk en een brandend gevoel van de getroffen gebieden. Het verschijnen van gele of vettige plekken op de huid is een duidelijk kenmerk van seborroe. De aanwezigheid van roos schilfers op de hoofdhuid is ook een veel voorkomend symptoom van seborroe. Seborrhoea komt het meest voor op de binnenkant van de oren, op het voorhoofd, op de wenkbrauwen en rond de neus. De stoornis is geassocieerd met de disfunctie van de talgklier. De belangrijkste oorzaken zijn koude, stress en hormonale onbalans.
De belangrijkste oorzaken zijn schimmelstammen van "Malassezia" en een voedingstekort van zink. Malassezia hydrolyseert menselijk talg, dat een mengsel van verzadigde en onverzadigde vetzuren afgeeft. Verzadigde vetzuren worden opgenomen door Malassezia, terwijl de onverzadigde vetzuren het stratum corneum van de huid binnenkomen. Door hun niet-uniforme structuur, degraderen ze de barrièrefunctie van de huid, wat leidt tot irritatie en ontsteking.
Gebrek aan vitamines (B12, B6 en A), persistentie van immunodeficiëntieziekten zoals HIV en neurologische aandoeningen zoals Parkinsonisme leiden ook tot seborroe. Het management omvat behandeling met antischimmelmiddelen, keratolytica en steroïden. Fotodynamische therapie met UVA- en UV-B-lasers remmen de groei van Malassezia-soorten.
Eczeem of dermatitis wordt aangegeven door jeukende, erythemateuze en verpletterende vlekken op de huid. Eczeem wordt vaker "atopische dermatitis" genoemd omdat de predisponerende oorzaken worden toegeschreven aan genetische factoren. Dermatitis wordt vooral als een acute aandoening beschouwd, terwijl eczeem vooral als een chronische aandoening wordt beschouwd. Droogheid en terugkerende huiduitslag zijn typische symptomen van eczeem. Gebieden van tijdelijke verkleuring van de huid worden ook opgemerkt bij eczeem. Eczeem kan worden ingedeeld naar de locatie (bijvoorbeeld eczeem in de handen), naar het uiterlijk (discoïde eczeem) of naar oorzaak (spatadereczeem). De Europese Academie voor Allergie en Klinische Immunologie heeft eczeem geclassificeerd als allergisch-contact eczeem en niet-allergische eczemen.
De oorzaak van eczeem is toegeschreven aan milieu- en genetische oorzaken. Er wordt verondersteld dat ongebruikelijk schone omgevingen een individu vatbaar maken voor eczeem. Dit komt omdat een schone omgeving geen mogelijkheid biedt voor de ontwikkeling van immuniteit. Dit leidt tot een verhoogd risico op astma en allergische aandoeningen, waaronder eczeem. Genetische oorzaken omvatten de betrokkenheid van filaggrine-, OVOL 1- en ACTL9-genen.Dergelijke genen zijn verantwoordelijk voor atopisch eczeem of niet-allergisch eczeem.
Diagnose van eczeem gebeurt door middel van lichamelijk onderzoek, de geschiedenis van een patiënt en patchtesten. De behandeling omvat het gebruik van moisturizers die ceramiden bevatten, terwijl opflakkeringen corticosteroïden worden toegediend. Antihistaminica worden over het algemeen niet aanbevolen.
Korte vergelijkingen van seborroe en eczeem worden hieronder uitgelegd:
Kenmerken | Seborrhoea | Eczeem |
Identiteit | Inflammatoire aandoening van de huid | Inflammatoire aandoening van de huid |
Periode van Ontwikkeling | Acuut | Chronisch |
Kans op recidief | Laag | Zeer hoog |